Maak zin(nen) - Stefan Popa

StefanSchrijf een zin als je even niet weet waar je over moet schrijven. Het maakt niet uit waarover. Gewoon: een zin. Lang of kort. En als er een punt staat, dat onvermijdelijke einde van die allereerste zin, start je simpelweg aan de volgende zin. Voor je het weet heb je een alinea en belangrijker nog: plotse zin om het verhaal af te maken.

Dit is toch wel een van mijn favoriete schrijfadviezen. Ik weet niet meer waar ik de tip las, alleen nog dat deze van Remco Campert kwam en alles van Campert mogen we voor waar aannemen.

Veel studenten willen een roman, een familieverhaal of een boek in een ander genre schrijven. Honderden pagina’s aan tekst. Dat klinkt heel groot. Te groot voor sommige studenten. Op die manier wordt schrijven een berg om tegenop te kijken. Maar ook hier geldt dat je het vooral niet te groot moet maken.

Voorbeeldje. Ik schrijf elke dag vijfhonderd woorden – dat is voor mij het perfecte aantal, maar misschien wil jij er meer/minder schrijven en dan per week/maand. Dag in, dag uit. Eindstand na een jaar: 130.000 woorden. Een kloek manuscript, een vinkje op mijn persoonlijke doelenlijst, een aritmisch dansje en een oliebol met champagne.

Soms is wiskunde onze vriend, lieve collega-schrijver.

Natuurlijk zijn er allerlei schrijfregeltjes die je moet weten om ze vervolgens te kunnen negeren. Er zijn wetten, er zijn hindernissen (partner, kinderen, honden, katten, de baas, vrienden, het café, Netflix, andermans boeken) en er zijn opspelende onzekerheden. Vergeet alles. Ga zitten en schrijf. Maak het klein.

Als je het maar klein genoeg maakt, ontstaan er uiteindelijk grote dingen. Zin voor zin, zin na zin na zin. Een manuscript.

Schrijf, zo simpel is het. Schrijf, dat is soms al ingewikkeld genoeg.

Dit jaar overleed Remco Campert op 92-jarige leeftijd. We moeten zijn werk in leven houden, omdat hij ons werk ook in leven houdt dankzij die heldere en allesomvattende tip. Aan hem de laatste woorden: ‘Schrijven is op z’n hondjes zwemmen in de oceaan en je daar gelukkig bij voelen.’

 

 


Deel deze blog: