Nummer 2 schrijfwedstrijd - Marianne Nijnuis

Lieve dochter

10-12-2021, Emmeloord

Lieve dochter,

Ik kon in jouw eerste moment op aarde slechts een vluchtige blik op je werpen voordat je gewikkeld in doeken de ruimte uit werd gedragen waar ik van jou beviel. Ik zag nog net het witte roze-blauw gestreepte mutsje. Ik hield direct van je. Ik hield al van je voordat je werd geboren. Jouw hart zat onder het mijne, jouw buik was verbonden aan de mijne.

Mijn vader verbood het me. Ik mocht jou niet houden. ‘Zo’n bastaardkind komt er niet in.’ Ik heb nog geprobeerd te trouwen met jouw vader. Zodra hij hoorde dat ik in verwachting was liep hij weg. Ik heb hem nooit meer gezien.

Leeg kwam ik thuis, met de bus, een dikke prop maandverband in mijn broek. Jij ging naar een pleeggezin. Ik heb gefantaseerd over het liefste gezin op aarde. Waar het geloof slechts liefdevol aanwezig was. Een moeder die jou opving als je gevallen was met je fietsje. Die jou een pleister op je knie plakte en een kusje op je voorhoofd gaf. Die ’s middags wanneer je uit school kwam klaar zat met thee en heerlijk geurende, zelfgebakken koekjes. Intens jaloers was ik op hen. Zij zagen jouw eerste lachje, jouw eerste stapjes, jouw eerste brommervriendje.

Nadat ik klaar was met mijn opleiding, de PABO, ging ik aan de slag. Ik zorgde voor andermans kinderen alsof ik jou zo kon vervangen. Ik plakte pleisters en gaf kusjes op ontelbare voorhoofden. Ik trouwde en kreeg kinderen. Ik houd van ze, veel. Maar nooit was jij uit mijn gedachten. Hun oudste zus.

Twintig jaar na jouw geboorte knakte ik. Ik kon niet meer. Dagenlang lag ik op bed te staren naar de kleine barstjes aan de rand van het plafond en de gele vlek, precies in het midden. Na tien dagen stond ik op en deed wat ik twintig jaar geleden had moeten doen. Ik ging op zoek naar jou. Ik heb gebeld met hemel en aarde. Uiteindelijk kwam ik via de ombudsman terecht bij een organisatie die bemiddelt in adoptiekinderen en hun biologische ouders. Zij achterhaalden jouw gegevens. Die mag ik niet hebben. Privacywetgeving. Ik mocht een brief schrijven, deze. Ze hebben me beloofd deze brief aan jou te geven.

Ik hoop met heel mijn hart dat jij deze brief in handen krijgt en durft te lezen. Dat het je antwoorden geeft op vragen die je ongetwijfeld al lang hebt. Waarom ben je afgestaan? Ik had toen sterker moeten zijn. Ik had tegen mijn vader in moeten gaan. Ik dacht dat ik geen keuze had.

Ik schrijf hieronder mijn e-mailadres en mijn telefoonnummer. Ik droom en ik hoop dat je contact met me zult zoeken.

Heel veel liefs,

Sanne Rijssen-Boer

Jouw moeder

 


Lees hier de brief van de nummer 1: Tot in de sterren - Dennis Biesma

Lees hier de brief van de nummer 3: Lieve Sammie - Ingrid Oosten

Meer informatie over de schrijfwedstrijd

Ga terug naar het overzicht van alle blogs


Deel deze blog: